Schiereiland Dingle en Muckross House bij Killarney

Van Corofin trekken we na de gezellige pubavond met de camper weer naar het westen. Bij Spanish Point pikken we de Wild Atlantic Way op en volgen we de N67, langs de kust naar het zuiden. Het landschap is hier veel vlakker en licht golvend strekken groene weiden links en rechts van ons zich uit. Dit land is in cultuur gebracht en de schapen hebben plaats gemaakt voor koeien. 



Dag 17, 18, 19         25, 26, 27 augustus 



Kliffen bij Kilkee

Bij Kilkee stoppen we bij de gelijknamige kliffen. Die zijn weliswaar niet zo hoog als de kliffen van Moher en zeker niet zo hoog als die bij Slieve League in county Donegal maar desalniettemin ook prachtig en indrukwekkend. Het is hier bovendien veel rustiger; bezoek aan deze kliffen is gratis. 






Andere keuze:

Een jaar later kiezen we na Corofin niet voor de Wild Atlantic Way maar rijden we via Ennis naar Kasteel Bunratty en daarvandaan naar Killarney. 

Vuurtoren bij Loop Head

Daarna rijden we verder over de R487 naar het puntje van alweer een schiereiland. Op deze punt – Loop Head geheten – staat een van de 76 vuurtorens van Ierland en deze is open voor bezoekers. We klimmen naar boven en hebben een schitterend uitzicht rondom. Vroeger was de vuurtoren bemand en werd deze brandende gehouden met petroleum. Sinds 1971 is er elektriciteit en zorgt een grote lamp van 1000 Watt voor het wel 40 kilometer op zee zichtbare licht. Alles wordt tegenwoordig automatisch en op afstand geregeld en bediend. 





EIRE

Onder de vuurtoren, in het gras, op het uiterste puntje van het land, zijn de door wit geverfde keien en stenen gevormde letters EIRE (Ierland) nog zichtbaar. In de Tweede Wereldoorlog was op meer dan 40 plaatsen langs de Ierse kust op deze manier EIRE te lezen, om zo geallieerde piloten duidelijk te maken dat ze Ierland hadden bereikt. 
Op de foto de letter R





Pont over de Shannon

De route leidt ons na dit bezoek weer terug naar de N67. De monding van de Shannon gaat hier diep landinwaarts naar Limerick. Zo ver gaan wij echter niet. Bij Killimer steken we met de pont over naar Tarbert, een beetje te vergelijken met het veer Vlissingen-Breskens. We vinden het wel een duur veer; de overtocht met de camper kost ons 20 euro. Niet ver na de overtocht vinden we een rustig plekje voor de nacht bij de ruïne van een kasteel. De toegang tot deze ruïne gaat juist dicht als wij arriveren; we missen daardoor het zicht op de Shannon vanuit de toren. 


Op de pont over de Shannon



Overnachtingsplaats bij de ruïne van Carrigafoyle Castle 


Overnacht: bij Ballylongford, bij de ruine van Carrigafoyle Castle. Campercontact no. 43860   . GPS: N 52.56994,  W 9.49510 
 Gereden: 152 kilometer Weer: afwisselend bewolkt en zonnig 

De Wild Atlantic Way gaat na onze mooie, rustige overnachtingsplaats verder via de R551. Het landschap blijft, vlak, golvend en groen tot Tralee. 


Ierse vrijheidsstrijd

We maken een klein omweggetje bij Banna. Hier staat een monumentje voor drie Ierse vrijheidsstrijders, die op Goede Vrijdag 1916 wapens en munitie aan land wilden brengen vanaf een Duitse onderzeeër. De wapens waren bedoeld voor het Ierse opstandelingenleger om te gebruiken bij een opstand tegen het Engelse gezag. De Engelsen kwamen echter achter dit plan en namen de drie gevangen en hingen hen op wegens hoogverraad. De Paasopstand 1916, die eigenlijk in heel Ierland had moeten plaats vinden, gebeurde nu alleen in Dublin en werd al heel gauw door de Engelsen bloedig neergeslagen. 



Schiereiland Dingle

Na dit lesje in de Ierse geschiedenis draaien we na Tralee het schiereiland Dingle op. Het is hier prachtig. Tegen de heuvels en bergen vleien zich als een grote, groene lappendeken de met hagen omzoomde weiden.






 Let op: de R 560 kun je met de camper niet rijden; we zijn te breed. 


Stadje Dingle

We rijden daarom de N86 af tot het leuke havenstadje Dingle. Het stadje ziet er op deze zonnige dag met zijn felgekleurde gevels wel heel vrolijk uit. Dé toeristische attractie is hier een vaartochtje in de baai, waar kennelijk al jaren een dolfijn rondzwemt. Het dier schijnt zo dol op mensen te zijn, dat je hem tijdens het vaartochtje gegarandeerd te zien krijgt Zo niet, dan kun je zelfs je geld terug  krijgen. Ondanks deze garantie zien we van dit tochtje af. 




In Dingle zelf kun je niet overnachten, al verdenken we de volgende morgen een aantal campers ervan toch op het parkeerterrein te hebben gestaan. Dingle lokt met zijn vele restaurantjes en pubs ook wel heel erg om er in de avond te staan. 

Wij vinden een plekje voor de nacht een stukje voorbij Dingle bij Ventry. Vanaf dit plekje achter het duin, is het over het strand 20 minuten wandelen naar Ventry, waar onder andere een visrestaurantje en een pub is. 


Overnacht: op stil plekje bij strandopgang, net voorbij Ventry. Campercontact no. 28628.   GPS: N 52.12708,  W 10.37497 
Gereden: 142 kilometer 
Weer: zonnig 


Slea Head Route

De punt van het schiereiland Dingle blijkt adembenemend mooi. De route staat aangeduid als Slea Head Route en volgt de R559 en R 549. De weg is goed te rijden met een camper maar een paar kilometer voor en na Slea Head wel erg smal. We volgen de borden en rijden dus met de klok mee rond. Links van ons ligt onder de steile helling, slechts gescheiden door een muurtje, de oceaan, rechts van ons de bergwand. Strak sturen en stalen zenuwen zijn hier onontbeerlijk. Gelukkig rijden we dit stuk vroeg in de ochtend en komen we slechts twee personenauto’s tegen, die we – heel voorzichtig – stukje bij beetje passeren. 

Het uitzicht hier is echter dit afzien wel waard. De ruige rotsachtige kust met de kleine eilandjes ervoor is in een woord schitterend. Het laatste deel van deze Slea Head route slingert de weg zich langs de voet van de bergen terug naar Dingle. 






De Connorpas over de R560 vanaf Dingle hebben wij niet gereden, omdat we niet zeker zijn of deze weg met de camper berijdbaar is. Na de pas in ieder geval niet. 

Wij rijden over de mooie kustweg langs Inch naar Castlemaine en vervolgens naar Killarney.


Muckross House bij Killarney

Ten zuiden van Killarney ligt Muckross House met bijbehorende tuinen en oude boerderijtjes. We brengen er met plezier de hele middag door. Net als Glenveagh House en Kylemore Abbey ligt ook dit huis aan een Lough met een prachtig uitzicht op omringende bergen. Het huis dateert van 1843 en is gebouwd door en voor de familie Herbert. Een belangrijke gast was Koningin Victoria van Engeland, die in 1861 een nachtje bleef slapen, met medeneming van haar eigen bed. 

Wat jaren later kwam het huis in bezit van de brouwerijfamilie Guinness en nog later werd het door een rijke Amerikaan gekocht als huwelijkscadeau voor zijn dochter. Toen deze dochter overleed hebben haar ouders en haar man het huis en het land eromheen geschonken aan het Ierse Volk. 



Uitzicht vaanaf Muckross House

Het huis is alleen met een rondleiding te bezoeken en je mag er helaas niet fotograferen. Om het huis liggen mooie tuinen met onder meer hortensia’s en rododendrons. Op het terrein staan verder drie oude boerderijen: een kleine, een middelgrote en een grote boerderij. Ook is er een schooltje te bekijken. 



Keuken van kleine boerderij

Woonkamer grote boerderij








Overnacht: Camping Killarney Flesk Caravan Park   campercontact 48214/. Er loopt hiervandaan een fietspad naar Killarney (ca 2,5 kilometer) of – terug richting Muckross House – 3 kilometer naar de Jarvey’s Pub, waar enige avonden per week Ierse dansen zijn te zien. Wij houden het bij een pint in de aan de camping grenzende pub, waar deze zaterdagavond muziek is van een gitarist en harpiste. GPS: N 52.04306,  W 9.49953  
Een (gratis) alternatief ontdekten we in 2017:  het parkeerterrein bij Castle Ross, aan het einde van Ross Road. Dit ligt 2,2 kilometer van Mainstreet, Killarney, zo’n 25 tot 30 minuten lopen. 
 Gereden: 132 kilometer 
 Weer: Licht bewolkt en zonnig

Geen opmerkingen:

Een reactie posten