7 juli, maandag Dag 32
Op ons gemak rijden we naar Mandal, ook weer zo’n stadje met witte houten huizen.
Inmiddels weten we dat een wit huis eind 19eeeuw gold als sjiek en duur. Witte verf kon alleen worden gemaakt met lood en dat was duur. Gewone mensen verfden hun huis daarom donkerrood of okergeel; die kleuren waren gemakkelijk te maken en relatief voordelig. Toen er in plaats van met lod ook met zink witte verf kon worden gemaakt, was die verf veel voordeliger en konden veel meer mensen zich permitteren om hun huis wit te schilderen. Wat ze dan ook prompt deden.
Inmiddels weten we dat een wit huis eind 19eeeuw gold als sjiek en duur. Witte verf kon alleen worden gemaakt met lood en dat was duur. Gewone mensen verfden hun huis daarom donkerrood of okergeel; die kleuren waren gemakkelijk te maken en relatief voordelig. Toen er in plaats van met lod ook met zink witte verf kon worden gemaakt, was die verf veel voordeliger en konden veel meer mensen zich permitteren om hun huis wit te schilderen. Wat ze dan ook prompt deden.
Mandal is de zuidelijkste stad van Noorwegen en heeft – net als Flekkefjord – vroeger veel handelsbetrekkingen gehad met o.a. Nederland Ook hier werd veel handel gedreven met hout. Mandal blijkt tegenwoordig een gezellig plaatsje met een enorme jachthaven en smalle straatjes met lage witte huizen en winkeltjes.
We lopen er met plezier een tijdje rond voordat we doorrijden naar Kristiansand.
Zo’n 12 kilometer voorbij Kristiansand vinden we een plekje op camping Feriesenter Kristiansand, een enorme camping met toeters en bellen. Normaal niet ons kopje thee maar we willen niet ver van de boot overnachten en bovendien moeten we nog wassen.
Gereden: 92 kilometer
Overnacht: Camping Feriesenter Kristiansand